Als een vliegtuig is geland, rijdt het door naar de plek waar de passagiers kunnen uitstappen. Dat ritje kan op een groot vliegveld als Schiphol wel een paar kilometer lang zijn. Voor dat taxiën gebruikt een vliegtuig de motor, die op kerosine werkt. Dat kan anders! Daarom voert Schiphol proeven uit met de TaxiBot. Dit zijn wagens die vliegtuigen vooruit kunnen trekken. Vliegtuigen hebben hierdoor gemiddeld de helft minder brandstof nodig. Wil je een TaxiBot zien rijden? Bekijk dan dit filmpje.
De benzine die vliegtuigen gebruiken, heet kerosine. Kerosine wordt gemaakt van aardolie en is dus een fossiele brandstof. Dat zorgt voor veel schadelijke stoffen in de lucht. Als je kerosine maakt van bijvoorbeeld plantaardige oliën kan de uitstoot met tachtig procent verminderen. Vliegtuigen die op Schiphol komen tanken, kunnen kiezen voor deze duurzamere vliegtuigbrandstoffen. Je kunt kerosine ook produceren uit CO2. Dit gas wordt uit de lucht gehaald en omgezet in een brandstof waarop vliegtuigen kunnen vliegen. Dat noemen we synthetische brandstof. Hiervoor is nog veel onderzoek nodig. Het nadeel van deze milieuvriendelijkere brandstoffen is dat ze op dit moment nog duurder zijn. Om het gebruik ervan toch te stimuleren, geeft Schiphol de luchtvaartmaatschappijen die duurzamere vliegtuigbrandstoffen tanken een vergoeding.
Als een gebouw moet worden afgebroken, heb je bergen en bergen afval. Stenen, beton, hout, glas, staal, oude vloerbedekking en noem maar op. Maar zomaar alles weggooien, is zonde. Er zitten namelijk een hoop materialen in zo’n gebouw die opnieuw gebruikt kunnen worden. Toen er op Schiphol een aantal kantoren en loodsen weg moesten, kon bijna zeventig procent van de oude materialen opnieuw worden gebruikt. Bijvoorbeeld bij de aanleg van nieuwe rijbanen. Van de dakbedekking werd asfalt gemaakt. Ook werd er een Juttersdag georganiseerd. Mensen die bijvoorbeeld in de bouw werken, konden aangeven wat ze wilden hebben uit een gebouw dat gesloopt moest worden. Denk maar aan de deuren, de kozijnen van de ramen of het hout van de vloer. Op die manier hebben de jutters goedkope materialen en gaan de spullen niet de container in. Dat is winst voor iedereen!
Pak je woordweb er nog eens bij en vul het aan nu je meer weet over je onderwerp. Presenteer je woordweb daarna in de klas en vertel zo meer over het onderwerp dat je hebt gekozen.